De onderbouw sprak vorige week over een pop zonder hersens. Een pop kan niet aan iets lekkers denken, want zonder botten, vlees, bloed en hersens kun je niet denken. Heb je dan hersens nodig om te denken? Ja, of je mond, want met je mond kun je je dan voorstellen hoe het smaakt... Deze week hadden we een actieve les en onderzochten we het verschil tussen dingen die hetzelfde zijn en dingen die tegengesteld zijn met behulp van foto's. Ook de middenbouw zocht bijpassende en tegenovergestelde foto's uit en kwam met verrassende combinaties, waarbij het draaide om de uitleg waaróm ze bij elkaar hoorden, of juist niet. Bij beide groepen bleek het onderscheid tussen 'verschillend' en 'tegenovergesteld' best pittig!
Een week eerder had de middenbouw het 4-tafel experiment gedaan, een experiment dat door alle filosofiegroepen als interessant en leuk wordt ervaren. Conclusie: iets wat je ziet/voelt/ruikt/hoort of proeft is echt. De Noordpool is ook echt, want op tv gezien. Een heks op een bezem is niet echt, want op tv gezien :-). En iets als elektriciteit? Dat is de bliksem. Dus alle lampen werken dankzij de bliksem? Nee, ook door water, zon en wind.
De bovenbouw werkte toe naar het formuleren en onderzoeken van een filosofische vraag. Bij het eerste deel was juf Mieke te gast en samen met de kinderen verkende zij aspecten van de werkelijkheid ook met het 4-tafel experiment. Een plastic speelgoedharmonica heeft daarbij alle hoeken van de tafel gezien en na ruim 20 minuten was er nog geen consensus over waar het 'hoorde'. De 'hersengymnastiek' tijdens het experiment leidde tot verschillende vragen, waarbij de vraag waarom er verschillende soorten dieren zijn werd uitgekozen om nader te onderzoeken. Deze week heeft de groep onderzocht wat de reden kan zijn voor de verschillende diersoorten op de wereld. Na allerlei gedachte-experimenten kwamen we uit op het onderwerp kannibalisme en of je een mens mag opeten. Dit morele dilemma is van alle kanten bekeken en de conclusie was dat de vraag niet eenvoudig te beantwoorden is...